Tweede deel beantwoording vragen pakket BP 2021

Bij de behandeling van het Belastingplan 2021 is gevraagd of het mogelijk is om de baangerelateerde investeringskorting (BIK) toe te passen op investeringen buiten Nederland. De BIK is een crisismaatregel om de Nederlandse investeringen te stimuleren en zo bij te dragen aan het herstel in Nederland. Daarom is de BIK beperkt tot investeringen in Nederland. Deze is volgens het kabinet proportioneel en gerechtvaardigd. Als een investering niet wordt gedaan om deze zelf te gebruiken maar om deze ter beschikking te stellen aan een derde, is de BIK niet van toepassing. Het maakt niet uit of de terbeschikkingstelling plaatsvindt aan een in Nederland of aan een in het buitenland gevestigde derde.

In antwoord op de vraag of de termijn waarbinnen een herinvesteringsreserve moet worden benut kan worden verlengd vanwege de coronacrisis, verwijst de staatssecretaris naar de huidige wettelijke regeling. De reguliere termijn bedraagt drie jaar na afloop van het jaar waarin de reserve is gevormd. De wet biedt ruimte voor verlenging van de termijn wanneer de herinvestering door bijzondere omstandigheden is vertraagd. Daartoe moet een begin van uitvoering aan de herinvestering zijn gegeven. Een versoepeling of aanpassing van de wettelijke regeling is niet nodig.

Ten aanzien van de differentiatie van het tarief van de overdrachtsbelasting is het niet mogelijk om woningcorporaties vrij te stellen van het verhoogde tarief van de overdrachtsbelasting. Een dergelijke generieke vrijstelling houdt mogelijk staatssteun in. De vrijstelling zou daarom door de Europese Commissie goedgekeurd moeten worden. Dat is een langdurige procedure met een onzekere uitkomst.

Na overleg met de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB) heeft de staatssecretaris besloten een tweede nota van wijziging in te dienen om knelpunten op te lossen. In deze tweede nota van wijziging is bepaald dat uit de notariële akte op een door de inspecteur aangegeven wijze moet blijken dat een beroep wordt gedaan op het verlaagde tarief of de startersvrijstelling. De KNB en de Belastingdienst stellen in onderling overleg werkbare teksten hiervoor op. De KNB vindt de termijn van een werkdag voor het ter registratie aanbieden van een elektronische kopie van de schriftelijke verklaring van de koper te kort. Daarom wordt aangesloten bij de reguliere aangiftetermijn van 30 dagen. De schriftelijke verklaring kan ook op een tijdstip voorafgaand aan de dag van overdracht worden ondertekend.

Bron: | wetsvoorstel | 2020-0000218991 | 09-11-2020